Stel: je hebt je voorgenomen om voortaan niet meer te snoepen op het werk. Je begint vol moed en na een poosje ben je oprecht fier, want het lukt.
Tot je collega taart bakt. Het resultaat staat op de vergadertafel, en je eet ervan. Niet een stuk, maar drie. Tot overmaat van ramp komt enkele dagen later de paashaas langs. En je eet chocolade-eitjes. Niet een eitje, maar tien. En je voelt je slecht. Want… je bent niet geslaagd in je voornemen om niet meer te snoepen.
Herkenbaar? Wanhoop niet. Deze uitspattingen hoeven niet het einde te zijn van je goed voornemen. Je kan de draad weer opnemen! Hoe? Drie tips die kunnen helpen:
Tip 1: relativeer
Ook al voel je je niet best omdat je je voornemen niet volhield: maak je niet druk over een terugval. Denk liever terug aan de afgelopen weken. Toen lukte het prima om niet te snoepen. Dat bewijst dat je het kan.
Tip 2: oordeel niet, maar observeer
Als je hervalt in een slechte gewoonte, heb je de neiging om jezelf te veroordelen. Na een snoepbui op je werk denk je “Ik ben een slapjanus. Iedereen stopt na een stuk taart, behalve ik” of “Ik ben een suikerverslaafde loser.” Zulke oordelen maken je zwak en moedeloos, en ze leveren je niets op. Enkel zelfmedelijden.
Probeer je gedrag liever objectief te observeren. Bijvoorbeeld “Ik at vandaag drie stukken taart. Dat zijn er twee teveel ” of “Omdat suiker verslavend is, heb ik het moeilijk om vandaag niet te snoepen.” Door je gedrag te observeren, stijg je boven je eigen negatieve oordelen uit en kan je weer moed verzamelen om er opnieuw tegenaan te gaan.
Tip 3: herbegin in kleine stapjes
Begin je toch nog spontaan te kreunen bij de gedachte opnieuw te stoppen met snoepen? Herbegin dan in hele kleine stapjes. Probeer niet ‘nooit meer te snoepen’, maar kies een dag waarop je niet zal snoepen. Bijvoorbeeld morgen.
Is dat gelukt? Put dan moed uit dit bescheiden succes om volgende week opnieuw een dag niet te snoepen. Bouw zo het aantal snoeploze dagen langzaam op. Voor je het weet heb je de draad weer opgenomen. Proficiat!