Columns

Guido: regen

Winters moeten echte winters zijn. Koud en guur. Herfst is altijd nat en smerig en het is het overgangsseizoen, dat liefst zo kort mogelijk duurt. Herfst dat is de eeuwige Ardennen, waar het altijd nat is met herfstbladeren, ook al is het mooi weer.

Na de winter moet verplicht de lente komen. Idem dito. Het mag wat regenen, om de grond voor te bereiden op ontluikende gewassen. Zachter weer en de voorbereiding van de zomer, dus regen is ok.

Maar deze toestand is niet meer ernstig te nemen. In mijn hoofd regent het al van september, en we gaan nu stilaan naar maart. We hebben geen blauwe vrieslucht gezien. We hebben quasi geen wolkjeslucht mogen uitblazen.

Niks te stampvoeten in dikke winterbottines terwijl we quasi onwel worden van een te warme kachel. Laat staan dat er sneeuw was. Zelfs niet een beetje.

Het was alleen maar grijs en nat. En 'zacht voor de tijd van het jaar'. Om ziek van te worden.

En drie keer na elkaar een gure regenstorm alsof men ons wou bewijzen dat het nu echt menens is. Haal daar in godsnaam uw statistieken niet bij, om mij van het tegenovergestelde te overtuigen.

Dat werkt toch niet. Ik heb het gevoel dat ik van september tot nu toe in klamme regenjassen rondloop.

En het drukt op mijn productiviteit. Hoe onnozel ook. Niet dat ik er zwaar depressief van word, dat nu ook weer niet, maar echt vrolijk toch ook niet.

Ik word geacht om vrolijke, blije of grappige stukjes te schrijven. Maar ik vraag het u. Hoe kan ik dat?

Ik stap 's morgens de deur uit om op een kliedernatte fiets te kruipen. Als ik er vijf minuten op zit begint het gegarandeerd te plensen, zodat ik met een kletsnatte broek en naar natte hond riekende jas aankom op de plaats van bestemming.

Mijn haartooi ziet er op dat moment ook niet uit. Als alles min of meer klamvochtig opgedroogd is, is het meestal tijd om terug elders heen te trekken.

Als het een beetje miezert ben ik blij, maar meestal slaat dat pijlsnel om in koude stortbuien.

Tot drie keer toe een ander hemd en andere broek, en andere schoenen aantrekken, wie kan dat volhouden? Bovendien krijg je 't dan koud en is de verleiding groot om troostvoedsel binnen te werken.

Nefast voor de feestvreugde en voor de productiviteit. Elk uur waarop je eet, werk je niet. Elk uur dat je besteedt aan het aantrekken van droge kleren zorgt voor vertraging bij de opbouw van het 'Imperium Guidonium'.

Ik ben de wanhoop nabij. 't Is donker en nat als je opstaat, en je komt thuis in dezelfde sfeer.

En dat voedsel, u ziet dat waarschijnlijk als een detail. Maar dat is het niet. Denk er maar even over na. Je wil warmte, dus je eet vetter. Spul met kaassauzen en veel zouter dan goed voor je is. Dus begin je te vervetten.

Waardoor je trager fietst en nog natter wordt. Een hellecirkel! Want nu moet je meer tijd uitrekken om sport te doen. Maar dat moet ook in de regen gebeuren. Opnieuw nat, opnieuw koud! Opnieuw alles uit en op zoek naar droge kleren, en je kleumt maar wat en van miserie ga je op zoek naar chocolade, of erger nog, de valse illusie dat drank nu wel mag. Het houdt gewoon niet op.

De zon moet komen. Ik wil gerust gewicht winnen door terrasdrankjes. Mijn inspiratie wordt er ook gewoon groter door. Maar doorstoof mij en geef mij licht! Nu!"

Guido Everaert

Wie is Guido?

Guido Everaert is schrijver, spreker en columnist. Daarnaast werkt hij als lector ‘web content' en ‘storytelling' aan de Karel de Grote-Hogeschool. Zijn interesse? De schone en minder schone kantjes van de mens.

Ook interessant

Guido: in het moment

"Er zijn maar twee dingen vervelend aan mijn leven. Administratie en discipline. Beiden hebben te maken met uitstelgedrag. Of veroorzaken uitstelgedrag, dat weet ik niet goed."

Guido: beenhouwersvak

"Hendrik Dierendonck is een slager uit de Westhoek. Hij is niet erg groot van gestalte, maar als hij begint te spreken, groeit hij. Hij is begeesterend en tegelijkertijd nederig."

Guido: tegenzin

"Ik had goede voornemens: het schooljaar 2016/2017 zou de renaissance worden van de nieuwe Guido. Ik zou jonge mensen opleiden als nooit tevoren. Maar helaas..."

Guido: steen verleggen

"Kinderen komen weer op straat, dankzij één onnozel spelletje. Een idee uitwerken, het gerealiseerd zien en dan de wereld quasi op stelten zetten. Het moet een fantastisch gevoel zijn."

Guido: reset

"Het joch was aan ‘t opruimen. Alle boeken moesten ingeleverd worden en de cursussen verdwenen in een grote doos. Ik voelde een beetje jaloezie."

Guido: oh ramp!

"Oh ramp, de poetsvrouw komt! Dit betekent dat we morgen vroeg moeten opstaan om op te ruimen. We willen niet dat die mevrouw denkt dat wij vieze beesten zijn."