Tom: ‘Mijn ontbijt is in drie minuten klaar.’

“Ik ben nogal een aanhanger van de gedachte 'een opgeruimd huis zorgt voor een opgeruimd hoofd'. Daarom maak ik er een gewoonte van om op het einde van de dag mijn keuken netjes op te ruimen.

Ik vind niks zo fijn als de aanblik van een schoon, leeg aanrecht waarop ik dan mijn kommetje havermout voor ‘s morgens kan klaarzetten.

‘s Ochtends hoef ik daar dan enkel nog rijstmelk bij te gieten, mijn kommetje in de microgolf te plaatsen en drie minuten later is mijn ontbijt klaar.

Tijdens die drie minuten maak ik mijn thermos thee klaar voor op het werk.

Dat lukt in drie minuten omdat ik de avond ervoor de waterkoker al met de juiste hoeveelheid water vul, en mijn thermos klaarzet.

Zo moet ik ‘s morgens enkel de waterkoker aanzetten, thee zetten, mijn thermos vullen en klaar!”

Nessa: ‘Ik kom nooit met een lege maag aan op kantoor.’

“Ik heb drie jonge kinderen die ik elke ochtend op tijd op school moet krijgen. Daarna spring ik op de trein naar het werk. Eens op de trein, kan ik ontbijten.

Dat ontbijt bestaat steevast uit boterhammen die ik de avond voordien smeerde en klaarlegde in de koelkast.

Zo hoef ik ze ‘s ochtends enkel uit de koelkast te vissen en in mijn tas te droppen. Dankzij die gewoonte kom ik nooit met een lege maag aan op kantoor.”

Lies: ‘Zondags plannen we de week die komt.’

“Ik heb twee zonen, en mijn echtgenoot werkt als zelfstandige. Omdat zijn werkweek er telkens anders uitziet, is de week op voorhand plannen bij ons een must.

We hebben thuis een familieplanner, en elke zondag vullen we die samen in. Zo ben ik op de hoogte van mijn man zijn werkrooster, en kan ik ervoor zorgen dat ik ’s avonds op tijd thuis ben om eten te maken.

Ik noteer ook voor elke dag wat we gaan eten. Dat geeft ons rust: zo hoeven we daar tijdens de week niet meer over na te denken.

Bovendien kan mijn man dan al aan het eten beginnen, als ik toch een keertje later thuiskom of vertraging heb met de trein.”

Inge: ‘Ik leg elke avond twee stapels kleren klaar.’

“‘s Morgens mijn outfit kiezen voor de werkdag vond ik altijd al moeilijk en stresserend.

Dat werd nog erger toen ik besloot om met de fiets naar het werk te gaan. Daardoor moest ik plots twee outfits kiezen: een sportieve outfit om mee te fietsen, en gewone kleren voor op kantoor.

Daarom leg ik nu elke avond twee stapels kleren klaar. Een stapel sportkleren die ik ‘s morgens meteen aantrek, en een stapel gewone kleren.

Die tweede stapel stop ik direct in een zak, zodat ik die 's morgens enkel nog in mijn fietstas moet stoppen.

Zo hoef ik ‘s morgens nooit meer na te denken over mijn kleren. Dat zorgt voor enorm veel rust in mijn hoofd én redelijk wat tijdwinst.”