Columns

Guido: oud

Ik stapte de tram op, goedgemutst, en ook een beetje overtuigd dat ik er redelijk goed uitzag. Een klein meisje stond op en bood haar plaats aan. Pijnlijk.

loopschoenen
©Shutterstock

Abonneer je op de nieuwsbrief

Ik zat in een restaurant, en ik informeerde naar de toiletten die op de eerste verdieping waren. ‘Maar als ik moeilijk ter been was, kon ik ook op het gelijkvloers’. 

Een beetje pijn. 

Ik fiets en stuur ondertussen een sms’je. Natuurlijk mis ik een borduur en klets op de grond met fiets en al. Deuk in het ego, en vijf mensen die meteen een stoel aanslepen, om zeker te zijn dat ik mijn heup niet gebroken heb. Mocht het een jonge snaak zijn, ze hadden allicht geroepen dat het zijn eigen stomme schuld was. 

Heel veel pijn. 

Hoe oud ik ben, hoe oud ik me voel en hoe competent ik me voel, dat wordt de laatste tijd kennelijk niet meer door mezelf bepaald. We beoordelen onze boeken op hun covers. 

Ik word daar niet blij van. Ik heb niets met het verkrampt vasthouden aan een leeftijd die ik niet meer heb. Ik geniet van het opgroeien van mijn kinderen, van het niet meer zo nodig hoeven, maar ik wil absoluut niet dat iemand gaat bepalen wanneer het voor mij gedaan zou moeten zijn, of wanneer ik er niet meer bij zou horen.

Het lijkt alsof er nog zoveel kan, nog zoveel staat te gebeuren, en toch beoordeelt een deel van de buitenwereld mij als ‘has been’. Ik wil niet dat men voor mij beslist.

Toch gebeurt dat. Formeel omdat men voor mij wil bepalen wanneer ik moet stoppen met lesgeven of met een actieve rol in het beroepsleven. Tot daar aan toe, ik zal mijn plan wel trekken. Ik denk niet dat ik ooit van plan ben om te stoppen met werken, daarvoor doe ik het te graag. 

Maar dat informele, dat beoordelende, daar heb ik het lastig mee. Voor de goede verstaander, het meisje dat rechtstaat in de tram, dat is gewoon een mooie vorm van beleefdheid. In haar ogen ben ik ook gewoon oud. En de kelner, tja, die wil gewoon service verlenen, daar is ook niets mis mee. Net zomin als met de mensen die bezorgd om je zijn. 

Waar het om gaat. We worden allemaal ouder, maar we blijven ook allemaal fitter, en helder van geest. En leeftijd is zo ongeveer het laatste formele bastion. Je mag klooien met gender, identiteit, geaardheid, maar je leeftijd die ligt vast. 

Ik wil pleiten voor het invoeren en formaliseren van een ‘gevoelsleeftijd’, en voor mijn part mag je daar zelfs een toelatingsexamen voor invoeren.

Als je vindt dat je nog 35 aanvoelt, hoe zou je dat fysiek vertalen? Een aantal kilometers lopen in een bepaalde tijd? Een aantal push-ups doen, een app configureren? Bring it on. Ik heb vorig jaar een marathon gelopen. Ik ben niet oud!

 

Guido Everaert

Wie is Guido?

Guido Everaert is schrijver, spreker en columnist. Daarnaast werkt hij als lector ‘web content' en ‘storytelling' aan de Karel de Grote-Hogeschool. Zijn interesse? De schone en minder schone kantjes van de mens.

Ook interessant

Guido: druk

Guido's gedacht: "Ik moet mij verontschuldigen. Ik heb weliswaar Abraham al gezien, maar dat betekent niet dat ik over veel inzicht en mededogen beschik. Tot nu."

Guido: schriftelijk geweten

"Ik typ dit stukje in bed. Op een maandagochtend. Om zeven uur. Omdat het kan. Naast mij ligt een vrouw die ook niet uit bed wil komen en min of meer dezelfde job uitoefent."

Guido: bijzaken

"Bij mij hebben bijzaken de neiging om tot veelkoppige monsters uit te groeien. Het lukt me bijvoorbeeld niet om te schrijven als de keuken er niet tiptop uitziet."

Guido: jaloers

"Ik schrijf dit stukje, ongeschoren, in bed, op een vrijdagochtend om negen uur. Mijn meetings gebeuren op een terrasje of op café. En toch ben ik soms jaloers."

Guido: afwas

"Toen ik vroeger als jobstudent werkte, werd er bij ons thuis een nieuwe munteenheid ingevoerd. ‘Amai, dat is duur, daar moet ik zeker vier uur voor afwassen!’"

Guido: zomer

"Heb jij dat ook? Last van jaloezie als je bouwvakkers in de zomer in ontbloot bovenlijf ziet werken? Ik weet nochtans dat het onredelijk is."