Columns

Guido: loon

Het is toeval, maar ik ken wel wat artiesten en acteurs. Ik moest eraan denken toen ik onlangs Dirk Roofthooft en Marie Vinck (neen, die ken ik dan weer niet!) zag geïnterviewd worden in 'Reyers laat'. Ze hadden een erg succesvolle voorstelling gelanceerd en waren blij.

Die succesvolle voorstelling is het eindresultaat. Ze trekt volle zalen en gaat op tournee. De makers worden beloond. Ze verdienen er zelfs geld mee. Een voorstelling die flopt, daar mag je niet aan denken. Dan kun je opnieuw beginnen aan iets anders, nadat je de toneelkritieken hebt verwerkt. Op zich is dat al een vreselijke situatie. Dat je werk open en bloot wordt bekritiseerd in een krant. Wij staan daar niet bij stil, maar het is het lot van elke artiest.  Je moet -denk ik- een olifantenhuid hebben of kweken om daar tegen te kunnen. Ik vermoed dat weinig acteurs die hebben.

Tijdens de repetities vallen die mensen terug op een soort minimumloon, of moeten ze gaan stempelen. En ondertussen proberen ze hun loon aan te vetten met schnabbels links en rechts. Stemmetjes inspreken, teksten vertalen, en als ze nog niet te bekend zijn, dan lukt opdienen op café ook nog. Vraag maar aan Antje De Boeck…

Als ze wat ouder worden, wordt het helemaal moeilijk. Niet dat ze 't niet meer zouden kunnen, integendeel, maar ze worden niet meer gevraagd, wegens andere en betere 'snoepjes' van de week. Dat geldt zowel voor mannen als voor vrouwen. Nog daargelaten de persoonlijke vetes en de willekeur van sommige regisseurs en theatergezelschappen.

Ik hoor het u zeggen. Daar hebben ze voor gekozen. Net zoals topsporters. Ik weet niet of dat zo is. Los van het feit dat de meeste topsporters in populaire sporten ontzettend goed hun brood verdienen. Ik denk eerder dat het te maken heeft met een soort oerinstinct bij die mensen. Ze willen spelen, ze willen hun stem, hun lichaam, hun leven geven voor de vertolking van gevoelens, emoties en situaties. En ze worden daar te weinig voor betaald.

Dan kom ik weer bij mijn oude stelling. Je moet twee groepen mensen veel beter betalen, leerkrachten en kunstenaars. In beide gevallen om dezelfde redenen. Omdat ze inspireren, ogen openen en doen nadenken.

Misschien moet daar iets aan veranderd worden. Leerkrachten vallen onder het departement onderwijs, dat zijn loontrekkenden. Maar de meeste kunstenaars, die sukkelen met hun zelfstandig statuut, steken daar veel tijd in, en zijn er meestal ook niet zo goed in. Dus… voor elke kunstenaar een soort manager, die ervoor zorgt dat ze kunnen genieten van een mooie oude dag en al hun energie kunnen wijden aan spelen en rollen vertolken.

't Is maar een gedacht, maar het lijkt mij een nuttig idee!

Guido Everaert

Wie is Guido?

Guido Everaert is schrijver, spreker en columnist. Daarnaast werkt hij als lector ‘web content' en ‘storytelling' aan de Karel de Grote-Hogeschool. Zijn interesse? De schone en minder schone kantjes van de mens.

Ook interessant

Guido: te snel

"Ik heb fijn werk. Schrijven voor leuke klanten (grotendeels). Lesgeven aan jongeren die willen bijleren (soms). Maar geregeld bekruipt me existentiële twijfel. Doe ik het wel goed?"

Guido: troost

"Ik vind goede koffie belangrijk. En ik bedoel geen ‘hipster shit’ zoals ‘slow drip’, of ‘linksdraaiende Guatemalteekse bonen die enzymatisch besprenkeld werden met het speeksel van kauwende omaatjes.'"

Guido: digitale nomade

"Ik vind zakenreizen ontzettend leuk. De treurnis van avonden op slecht verlichte hotelkamers, al ploeterend een presentatie maken, en vloeken op veel te duur en traag internet. Het hoort er allemaal bij."

Guido: middagdutje

"'Jij werkt veel van thuis, hè?' Probeer eens elke middag een 'powernapke' te doen.' Het was het advies van mijn gezondheidscoach, De Jef. Ik weet dat ik me in het verleden laatdunkend uitliet over allerhande coaches, maar Jef is anders."

Guido: despoten

"Je komt ze overal tegen. Maar godzijdank niet heel de tijd. Anders zou het leven ondraaglijk worden. Waarover ik het heb? Over mensen die genieten van hun macht en zich beter voelen dan de rest."

Guido: joch

"Tijdens de infodag op mijn hogeschool keek het joch schaapachtig en onzeker naar zijn moeder. De mama glimlachte en zei: "Ja, ik denk wel dat hij aanleg heeft voor informatica, hij zit toch veel achter de computer.""