Columns

Guido: verkeer

Het verkeer stopt weer helemaal op, de kilometerslange files zijn terug. Alsof ze nooit zijn weggeweest. Ik kan het niet helpen, maar als ik met de fiets over de bruggen van de Antwerpse ring rijd in de ochtend, komt er altijd een heel klein beetje leedvermaak in mij op: blij dat ik er niet hoef tussen te staan. Wat niet helemaal waar is. Steeds vaker moet ik dat wel doen. Mensen willen immers terug trainingen, seminars, speeches, en dus trek ik ook weer meer door 't land om 'het woord' te verkondigen en sta ik dus ook vast. Tot daar het geklaag, 

Maar nu de volgende vraag; is het u ook op gevallen dat de zeden en gewoonten in het verkeer ontzettend verruwd zijn? Men heeft geen geduld, men heeft geen respect voor elkaar en voor de verkeersregels. Het doet wat denken aan koeien die voor het eerst terug in de wei gelaten worden. Maar dan minder vrolijk. Het is allemaal erg grimmig geworden.

Rijstroken voor openbaar vervoer worden ingepalmd, invoegen gebeurt laat en scherp en het getoeter is niet uit de lucht. Bovendien zijn het gebruik van knipperlichten en respect voor wegmarkeringen stilaan een ding uit het verleden geworden. 

Ik word daar wat onrustig van, maar bon, ik moet niet zoveel met de auto rijden, en ik vermijd de spits, om mijn sereniteit te bewaren. Maar nu spreidt het zich ook uit naar het fietsverkeer. 

En dat raakt mij dan weer wel persoonlijk. Tijdens de spits maken wij het ons als fietsers bijna onmogelijk om heelhuids aan te komen. U moet weten dat ik nooit echt de meest stuurvaste ben geweest, maar ik krijg stilaan het gevoel dat ik met mijn leven speel als ik op mijn stalen ros naar de school fiets. Ik had altijd het gevoel dat fietsers onder elkaar redelijk solidair waren. Wij, als kwetsbare weggebruikers, tegen koning auto. Maar kijk, er komt een kentering in de zaak. En ik ben de eerste om dat vluchtig te onderzoeken en tot een zeer gehaaste conclusie te komen. 

Het is de schuld van de elektrische hardrijders! Ik word continu uit mijn gezapig en licht dromerig fietsritme gehaald door het agressieve gebel van zo'n speedbiker. Ze moeten hun investering te gelde maken, of ergens een Strava-record breken. Ik weet niet wat het probleem is. Voor u denkt dat ik het op jonge dynamische kerels gemunt heb en dat het te maken heeft met afgunst over de jeugd, dat is het niet. Gezapige omaatjes op zo'n elektrisch monster zijn het ergst! 

Nu moet u weten dat ik de elektrische fiets erg genegen ben. Ik heb het ook eens geprobeerd. En mijn conclusie was redelijk snel getrokken. Ideaal als je ver moet fietsen en niet bezweet wil aankomen. Maar in de stad, met alle drukke fietspaden werkt het gewoon niet. Er zijn te veel verkeerslichten, er zijn te veel hindernissen, wegversperringen, en gewoon te veel fietsers en soorten fietsers, die het ontwikkelen van snelheid in de weg staan. Bakfietsers, onzekere kinderfietsers, babbelzieke tienerfietsers en ja, helaas ook smartphonefietsers en koerierfietsers. 

Ik kan me voorstellen dat dat een frustrerend gevoel is, maar ik ben er niet zeker van dat het ventileren van die frustratie door agressief toeteren en bellen dat oplost. Laat ons wat liever zijn voor elkaar, het is een afschuwelijk zicht om een hardrijder te zien die een moeder de huid vol scheldt omdat haar kinderen in de weg fietsen. En het is uitermate vervelend om continu van het fietspad gerinkeld te worden door iemand die eigenlijk wat vroeger had moeten vertrekken. 

Guido Everaert

Wie is Guido?

Guido Everaert is schrijver, spreker en columnist. Daarnaast werkt hij als lector ‘web content' en ‘storytelling' aan de Karel de Grote-Hogeschool. Zijn interesse? De schone en minder schone kantjes van de mens.

Ook interessant

Guido: bijzaken

"Bij mij hebben bijzaken de neiging om tot veelkoppige monsters uit te groeien. Het lukt me bijvoorbeeld niet om te schrijven als de keuken er niet tiptop uitziet."

Guido: jaloers

"Ik schrijf dit stukje, ongeschoren, in bed, op een vrijdagochtend om negen uur. Mijn meetings gebeuren op een terrasje of op café. En toch ben ik soms jaloers."

Guido: afwas

"Toen ik vroeger als jobstudent werkte, werd er bij ons thuis een nieuwe munteenheid ingevoerd. ‘Amai, dat is duur, daar moet ik zeker vier uur voor afwassen!’"

Guido: zomer

"Heb jij dat ook? Last van jaloezie als je bouwvakkers in de zomer in ontbloot bovenlijf ziet werken? Ik weet nochtans dat het onredelijk is."

Guido: wandelhype

"Na de middagwandeling met mijn baas, wilde ik verdwijnen naar een onbewoond eiland om me te bezinnen over de puinhoop die ik van mijn leven had gemaakt."

Guido: chillen

"Slungelig komt hij aangesjokt. ‘Ik ga even buiten studeren.’ Vogels vallen uit de boom van de warmte, maar deze puber gaat chemie studeren terwijl hij aan zijn teint werkt."