Columns

Guido: jarig

Maart is mijn verjaardagsmaand. Ik maak daar meestal niet erg veel gedoe over, omdat ik het een beetje een nutteloos gegeven vind. Waar ligt de verdienste in het verstrijken van de maanden en jaren? Maar ik kan het niet helpen dat ik -naarmate de grijze haren toenemen- toch geneigd ben om na te denken over het leven, en meer bepaald het levenseinde.

Dat kan overdreven lijken voor een prille vijftiger, maar het heeft er ook mee te maken dat ik nog zoveel plannen en ideeën heb. De vitaliteit die ik nu voel, heeft te maken met meer balans, meer evenwicht in mijn leven, meer afstand ook van ratraces en andere zenuwtoestanden. Je kunt daar lacherig over doen, maar het is helaas een inzicht dat je maar verwerft 'door scha en schande'. Je hebt niet echt een nieuwe auto nodig om de vier jaar, je hoeft niet 'meer' te hebben van alles, want de prijs voor meer is eigenlijk vrij hoog. Met een beetje overdrijving zou je zelfs kunnen stellen dat ik gelukkig ben. Stel je voor!

Tegelijkertijd ben ik er als de dood voor dat het op een bepaald moment allemaal gaat stoppen. Dat ik fysiek ga sukkelen, of dat de kop niet meer gaat meewillen. En als je wil vermijden dat je -zoals velen op hun oude dag- met kunst- en vliegwerk op de been gehouden wordt, al was het maar om in een rolstoel naar tv te kunnen kijken, dan moet je daar nu al mee bezig zijn.

Niet in de klassieke zin, wat mij betreft. Ik ben niet bezig met uitvaartverzekeringen, hospitalisatietoestanden of de schenkingen onder de levenden van mijn schamele verworvenheden. Ik denk wel na over hoe ik iets of wat zou kunnen nalaten. Een indruk achterlaten. Niet zozeer bij mijn familie of kinderen, maar veeleer bij dat abstracte begrip. Een maatschappij. Een maatschappij waar ik mij eigenlijk altijd heel erg aan onttrokken heb. Ik wou liever wat aan de zijkant staan dan middenin het gedruis. Ik onttrok me aan de regels, omdat ik ze klein vond.

Het merkwaardige daarbij is dat ik nu meer dan ooit over zingeving begin na te denken. Wat vang je aan met wat je geleerd hebt? Wie kan je daar van laten meegenieten en op welke manier? Het is allicht geen toeval dat ik zo in het onderwijs gerold ben. Een beetje kennis doorgeven…

En grappiger nog, waarin wil je je verrijken? Ik stel vast dat ik niet meer zo'n behoefte heb om naar de traditionele hoogmissen, congressen en seminaries van mijn vakgebied te gaan. Ik zoek een stukje verdieping daar waar ik het altijd verwaarloosd heb. In de filosofie, in het maatschappelijke en zelfs het spirituele. En opnieuw blijkt dat ik daar niet alleen in ben.

Ik was een kleine maand geleden op een tweedaags seminarie waar vrij veel stevige profielen uit ons vak aanwezig waren. Het heette 'Bosklassen', naar analogie wellicht met de retraites van vroeger.

Er werd gelachen, gediscussieerd, over zaken gepraat, maar vooral ook geluisterd. Naar elkaar, in de kleine verhalen. Naar mensen die niets, maar dan ook niets met marketing te maken hadden, maar werken aan een betere planeet, aan een kleinere ecologische voetafdruk, aan beter eten, noem maar op. Er waren filosofen, pedagogen en theologen. En het was zinvol in de meest letterlijke betekenis van het woord.

Ik ben er van overtuigd dat dat soort belevingen een diepere indruk nalaat dan veel van die congressen met opgeklopte lucht, waar je voor veel geld professionele guru's hun standaard praatje hoort verkondigen. Maar misschien is ook dat inzicht iets wat pas door de jaren verworven werd. 

Guido Everaert

Wie is Guido?

Guido Everaert is schrijver, spreker en columnist. Daarnaast werkt hij als lector ‘web content' en ‘storytelling' aan de Karel de Grote-Hogeschool. Zijn interesse? De schone en minder schone kantjes van de mens.

Ook interessant

Guido: ontslag nemen

"'Papa, ik ga mijn ontslag geven!' Een zin die net iets te vaak in het chaosgezin Everaert circuleert. Mijn dochters hebben me dat al gelapt, en nu was het de beurt aan zoonlief."

Guido: druk

Guido's gedacht: "Ik moet mij verontschuldigen. Ik heb weliswaar Abraham al gezien, maar dat betekent niet dat ik over veel inzicht en mededogen beschik. Tot nu."

Guido: schriftelijk geweten

"Ik typ dit stukje in bed. Op een maandagochtend. Om zeven uur. Omdat het kan. Naast mij ligt een vrouw die ook niet uit bed wil komen en min of meer dezelfde job uitoefent."

Guido: bijzaken

"Bij mij hebben bijzaken de neiging om tot veelkoppige monsters uit te groeien. Het lukt me bijvoorbeeld niet om te schrijven als de keuken er niet tiptop uitziet."

Guido: jaloers

"Ik schrijf dit stukje, ongeschoren, in bed, op een vrijdagochtend om negen uur. Mijn meetings gebeuren op een terrasje of op café. En toch ben ik soms jaloers."

Guido: afwas

"Toen ik vroeger als jobstudent werkte, werd er bij ons thuis een nieuwe munteenheid ingevoerd. ‘Amai, dat is duur, daar moet ik zeker vier uur voor afwassen!’"