Columns

Guido: vergadercultuur

Vergaderen, meetings, 'conf-calls', overlegmomenten, statussen, werkoverleg. Ik huiver als ik die woorden hoor. Ik ben zo blij dat ik daar niet meer aan meedoe. Het is één van de weinige lichtpuntjes in het voor de rest erg onzekere bestaan van de freelancer, dat je er niet zo veel meer mee te maken hebt, en dat je ook de luxe hebt om dat tot een minimum te beperken. Ik krijg soms het gevoel dat het hele bedrijfsleven aaneenhangt van meetings, en dat er maar heel weinig mensen echt werk opleveren. Dat is natuurlijk gechargeerd, maar het is een beeld dat me bijblijft.

Je kunt tijdens de werkuren bijna niemand meer contacteren, want ze zitten altijd in één van de boven opgesomde constructies. Of ze moeten er heen, of ze komen er net van terug. En het eigenaardige, niemand schijnt er erg veel plezier aan te beleven. Zou dat dan niet anders kunnen? Als we nu eens allemaal zouden afspreken dat we onze meetings op maandagochtend houden? Die dag is zowiezo al niet de vrolijkste, en dan brei je er een onproductief begin voor, om zachtjes in de sfeer te komen. En de rest van de week is iedereen gewoon beschikbaar, voor leuke dingen, zoals echt productief werken en afspreken met klanten.

Het is natuurlijk maar een droom. En ik ben ook niet blind voor het feit dat we afspraken moeten maken, dat er overleg moet komen en dat mensen met elkaar moeten communiceren. De vraag is alleen of het zo nodig geformaliseerd en gestructureerd moet worden. Dat maakt de zaken al op voorhand een beetje saai.

Ik heb nog in bedrijven gewerkt waar je rechtstaand vergaderde. Om het zo kort mogelijk te houden.  Wie de meeting bijeenriep was ook verantwoordelijk voor de interactie. Als het slecht voorbereid was, zag je de mensen weglopen. Ook wie vond dat hij geen substantiële bijdrage leverde aan het gesprek, sloop zachtjes weg. En gelijk hadden ze. De organisator wist al gauw dat hij enkel de relevante mensen bijeen moest halen en dat hij baat had bij efficiency. Dat is nog eens een 'challenge'. En gezond ook!

Ik heb de indruk dat in veel bedrijven het vergaderen verworden is tot een soort alibi voor het echt doen en realiseren van dingen. En op het einde van de dag heb je het gevoel gehad van 'druk, druk, druk', maar er is niets veranderd aan het werkvolume dat je 's morgens had. Tenzij je slim manoeuvreert in zo'n vergadering natuurlijk en je taken aflaadt op anderen. Maar dat zal dan gauw leiden tot nieuwe vergaderingen met anderen, die ook weer deeltjes van het werk toebedeeld krijgen. En zo vergaderen we lustig verder.

Veel heeft ook te maken met een soort bedrijfscultuur. In tijden waar iedereen de mond vol heeft van empowerment –of is dat begrip ondertussen ook al weer voorbijgestreefd?– is het markant om vast te stellen dat veel organisaties en leidinggevenden 'risico-avers' zijn geworden.

Alles en iedereen moet ingedekt worden. En vergaderingen zijn een ideaal middel om ervoor te zorgen dat de beslissingen niet bij één persoon liggen, maar dat men kan terugvallen op 'de groep'.

Ik denk dat er veel meer uit de 'groep' te halen valt dan een paraplu, in geval van rampspoed. Leer opnieuw vergaderen om dingen te doen, in plaats van verantwoordelijkheden te verdelen, en je krijgt een hele andere dynamiek. Vergader daar maar eens over!

Guido Everaert

Wie is Guido?

Guido Everaert is schrijver, spreker en columnist. Daarnaast werkt hij als lector ‘web content' en ‘storytelling' aan de Karel de Grote-Hogeschool. Zijn interesse? De schone en minder schone kantjes van de mens.

Ook interessant

Guido: bureau

"Mijn vader had een indrukwekkend bureau in Brussel. Er werd toen nog niet nagedacht over het aantal vierkante meter per medewerker."

Guido: dwangmatig

Ik heb veel onschuldige dwangmatige gewoontes. Alle potloden moeten een scherpe punt hebben en mijn hemden zijn gerangschikt volgens kleur.

Guido: hier vloekt men niet!

"God ziet u, hier vloekt men niet! Het hing bij mijn oma boven de Leuvense stoof. Grote harde letters in een driehoek. God vervangen we nu door sociale media." 

Guido: miserie

Elk jaar opnieuw komt de discussie overgewaaid over de complexiteit van de Nederlandse taal en de onvermijdelijke dt-miserie.

Guido: donker

Tijdens een vrij donkere bladzijde in mijn leven -toen ik nog voluit droomde van ondernemen en rijk worden- brachten deurwaarders me geregeld een bezoekje.

Guido: Word of mouth

Word of mouth. Het is een simpel begrip. Moeilijk verpakt door marketeers die ervan houden om alles op te blazen. Ik ben er zelf een, dus ik kan het weten.