Columns

Guido: Tour de France

De zomermaanden. Traditioneel verslapt de hele zakelijke markt, wat mij betreft. Geen opleidingen, geen speeches of columns die ik moet schrijven of leergierige studenten die ik moet begeleiden in hun honger naar kennis. Dat laatste mag je met een fikse snuif zout nemen, maar dat is dan weer het onderwerp van een ander verhaal.

koers
©Shutterstock

Abonneer je op de nieuwsbrief

Stiekem is het ook wel een beetje leuk. Een ander ritme, een andere manier om je dag in te delen. Ik slaap al eens een heel klein beetje langer en ik wijk wel wat af van mijn normale bijna dwangmatige routines. De trouwe lezers weten dat ik er massa’s heb. 

Maar dan is er nog iets. Het is koers. De ronde van Frankrijk. Heerlijke momenten. 

Niet omdat ik zwijmel van bewondering voor de sportieve prestaties en ploegtactieken. Verre van. Het is gewoon een fantastisch alibi om te zondigen. De ritten beginnen al rond 13 uur. 

Traditioneel maak ik mezelf wijs dat ik gewoon de televisie opzet, om het allemaal op de achtergrond te volgen, zonder echt tv te kijken. Overdag, tijdens de week is dat totaal uit den boze. Behalve vroeger voor de heroïsche taferelen op Wimbledon, ten tijde van Borg, McEnroe en Lendl (voor de jongere lezers, dat waren redelijk goede tennissers!). 

Maar dus, Sporza Tour, ik hoor de commentaarstemmen op de achtergrond, terwijl ik werk. En dan -als bij mirakel- vind ik dat er iets schort aan de klank. Te luid, te zacht, altijd iets. Ik moet dat verhelpen, dus ik sta op, neem de afstandsbediening, en blijf gebiologeerd rechtstaan, terwijl ik kijk. 

Dat is een essentiële fase in het proces. Blijven rechtstaan, kijken en jezelf wijsmaken dat je maar even checkt, gewoon om een overzicht te krijgen van de situatie. En dan hoop je gewoon dat er een vroege ontsnapping is, met een of andere mindere god, of een Belg…

Quasi ongemerkt verschuift je lichaam van staan naar zitten, niet voluit, maar op het randje van de zetel. Het duurt namelijk maar even, en dan ga je weer werken. Oh, er komt een col aan, of een afdaling, soms ook gewoon een valpartij. Iets… Dat moet je nog even bekijken. 

Voor je ’t weet schuif je iets makkelijker achteruit en als bij wonder valt er een oogje toe, omdat het in wezen toch wel een erg saai spektakel is. Een jagend peloton en een voorspelbare groep ontsnappers die hun moment zoeken in de spots. 

En ineens word je gewekt. Twee uur later! Door de opzwepende commentaarstemmen van de finale fase. De hele middag is voorbij, je blijft nu gebiologeerd staren naar het scherm, en je probeert de situatie terug te begrijpen.

De ontsnappers van het eerste uur zitten nu anoniem in het peloton. Je hebt totaal gemist hoe twee man de hele zwik aan flarden hebben gereden. Je blijft kijken tot het einde, waarbij het uiteraard onnozel is om de interviews achteraf niet te beluisteren. Waardevolle koersinzichten, die gaan helpen om de volgende dagen te begrijpen. 

Het is bijna tijd voor het avondeten. Je kan verkwikt de dag afsluiten en je maakt jezelf wijs dat je het werk van die middag wel ’s avonds afwerkt. Als het wat koeler is… En zo verglijden de dagen, het werk geraakt niet echt af, maar er is niemand om er over te klagen, want iedereen is op vakantie, dus het mag. 

De deadlines zijn niet zo scherp. Leve de koers! 

 

Guido Everaert

Wie is Guido?

Guido Everaert is schrijver, spreker en columnist. Daarnaast werkt hij als lector ‘web content' en ‘storytelling' aan de Karel de Grote-Hogeschool. Zijn interesse? De schone en minder schone kantjes van de mens.

Ook interessant

Guido: bijzaken

"Bij mij hebben bijzaken de neiging om tot veelkoppige monsters uit te groeien. Het lukt me bijvoorbeeld niet om te schrijven als de keuken er niet tiptop uitziet."

Guido: jaloers

"Ik schrijf dit stukje, ongeschoren, in bed, op een vrijdagochtend om negen uur. Mijn meetings gebeuren op een terrasje of op café. En toch ben ik soms jaloers."

Guido: afwas

"Toen ik vroeger als jobstudent werkte, werd er bij ons thuis een nieuwe munteenheid ingevoerd. ‘Amai, dat is duur, daar moet ik zeker vier uur voor afwassen!’"

Guido: zomer

"Heb jij dat ook? Last van jaloezie als je bouwvakkers in de zomer in ontbloot bovenlijf ziet werken? Ik weet nochtans dat het onredelijk is."

Guido: wandelhype

"Na de middagwandeling met mijn baas, wilde ik verdwijnen naar een onbewoond eiland om me te bezinnen over de puinhoop die ik van mijn leven had gemaakt."

Guido: chillen

"Slungelig komt hij aangesjokt. ‘Ik ga even buiten studeren.’ Vogels vallen uit de boom van de warmte, maar deze puber gaat chemie studeren terwijl hij aan zijn teint werkt."