Columns

Guido: voornemens

Elk jaar is het hetzelfde. Het is bijna zo sterk als de nieuwjaarswensen. Goede voornemens op vakantie. Je vertrekt leeg, zonder fut, en met een hoop projecten. Want vanaf nu wordt alles anders. Je gaat de tijd nuttig en constructief gebruiken. En dan fris aan het nieuwe werkjaar beginnen.

Eerst en vooral zijn er de boeken die je wil lezen. Of het nu op een Kindle is, of gewoon klassiek op papier, feit is dat je er teveel meeneemt. Twee weken vakantie maar toch gauw tien boeken er doorjagen? Echt waar? Je weet maar nooit, misschien is het slecht weer.

En dan het lichaam, de tempel. Er moet en zal gesport worden. Diverse soorten schoeisel worden mee ingepakt. Joggen, is niet hetzelfde als bergwandelen, en ook voor het fietsen moet er een en ander voorzien worden. Los van de nieuwe adembenemende 'high-tech-sports-fiber-truitjes' en dito broekjes in blitse kleuren. Het heeft overigens iets bijzonder triest als je dat over de buik van een vijftigjarige gedrapeerd ziet. Ik had 'gespannen' kunnen schrijven, maar dat doet mijn ego nog meer pijn.

En dan heb ik het nog niet eens over het 'i-health' gedeelte. Voor alles bestaat er immers een app, en meer en meer hangt er aan die app ook een 'device'. Mijn telefoon zit verpakt in een hoesje dat -als ik de reclame kan geloven- zo van de Mount Everest het water in gekeild kan worden. Dan nog kan er mij niets overkomen, ik kan blijven bellen. Dat hoesje past op houdertjes die ik rond de arm en op de fiets kan monteren… Samen met oortjes, bluetooth-hartslagmeters en stappentellers ben ik er helemaal klaar voor.

De eerste dag gaat alles nog redelijk goed. Je trekt 's ochtends je jogging-spulletjes aan, en vertrekt voor die eerste confrontatie met knoken, gewrichten en spieren. Het valt tegen. Alles doet pijn. Maar dat hoort zo. 'No pain, no gain' en nog van dat soort onzin… Niet overdrijven en het lichaam niet forceren. Alleen de glimlach, die wel. Iedere andere oude puffer die voorbijkomt krijgt een stralende glimlach. Atleten onder elkaar, ons kent ons!  

Na amper een half uur sta je terug in het hotel. Wel lekker vroeg… de rest van het gezelschap slaapt nog. Geen probleem! Douchen en fluks met een mooi boek naar het ontbijt. Een uur later komt dat gezelschap vrolijk koutend mee aanschuiven. Ik heb dan al veel te veel koffie gedronken, kranten gelezen, en koffiekoeken gegeten. Het boek ligt er nog onaangeroerd, want je kunt daar niet zomaar aan beginnen. Dat heeft een iets respectvoller benadering nodig. Dat is voor straks aan het zwembad, of beter nog in de luwte, de schaduw van een vijgenboom. De romanticus in mij is nooit ver weg...

Maar eerst een stadje bezoeken. En lekker eten. Ah ja, de couleur locale hoort toch ook bij vakantie? Ricard, olijfjes, flesje rosé, en misschien nog eentje? Fijne babbel met je partner. Misschien nog een cognacje? Ach, 't is toch vakantie. Waarom niet? De middag verdampt in de avond, het terrasje is leuk, de wijn weelderig, de woorden mooi…

Het boek blijft waar het vanochtend lag. De sportschoenen zullen morgen ook de kast niet uit komen. Vakantie zoals het hoort, het is een kwestie van prioriteiten stellen.

Guido Everaert

Wie is Guido?

Guido Everaert is schrijver, spreker en columnist. Daarnaast werkt hij als lector ‘web content' en ‘storytelling' aan de Karel de Grote-Hogeschool. Zijn interesse? De schone en minder schone kantjes van de mens.

Ook interessant

Guido: ontslag nemen

"'Papa, ik ga mijn ontslag geven!' Een zin die net iets te vaak in het chaosgezin Everaert circuleert. Mijn dochters hebben me dat al gelapt, en nu was het de beurt aan zoonlief."

Guido: druk

Guido's gedacht: "Ik moet mij verontschuldigen. Ik heb weliswaar Abraham al gezien, maar dat betekent niet dat ik over veel inzicht en mededogen beschik. Tot nu."

Guido: schriftelijk geweten

"Ik typ dit stukje in bed. Op een maandagochtend. Om zeven uur. Omdat het kan. Naast mij ligt een vrouw die ook niet uit bed wil komen en min of meer dezelfde job uitoefent."

Guido: bijzaken

"Bij mij hebben bijzaken de neiging om tot veelkoppige monsters uit te groeien. Het lukt me bijvoorbeeld niet om te schrijven als de keuken er niet tiptop uitziet."

Guido: jaloers

"Ik schrijf dit stukje, ongeschoren, in bed, op een vrijdagochtend om negen uur. Mijn meetings gebeuren op een terrasje of op café. En toch ben ik soms jaloers."

Guido: afwas

"Toen ik vroeger als jobstudent werkte, werd er bij ons thuis een nieuwe munteenheid ingevoerd. ‘Amai, dat is duur, daar moet ik zeker vier uur voor afwassen!’"