Of ze nu de liefde volgen, afkomen op een interessante vacature of hier blijven hangen na hun studies: er zijn een pak buitenlanders die werken in Vlaanderen. We waren benieuwd met welke ogen zij kijken naar het werkleven in Vlaanderen. De Argentijnse Alisa (verkoopster), de Poolse Dagmara (vertaalcoördinator) en de Portugese Maria (tandarts) aan het woord.
Dames, hoe zijn jullie hier terechtgekomen?
Alisa: “Voor de liefde! <lacht> Ik ben hier vier jaar geleden komen wonen bij een toenmalig lief dat ik op reis had leren kennen. Die relatie is op de klippen gelopen, maar ik ben hier blijven wonen. Als niet-EU-burger was het wel moeilijk om al mijn papierwerk in orde te krijgen. Dat heeft uiteindelijk maar liefst anderhalf jaar geduurd. Gedurende die volledige periode wilde geen enkele werkgever me aanwerven vanwege de onzekerheid of ik mocht blijven in België. Tijdens die procedure heb ik wel de tijd gehad om Nederlands en Frans te leren. Ondertussen werk ik als verkoopster bij Veritas.”
Dagmara: “Ik was initieel naar Vlaanderen gekomen voor mijn studies. Ik studeerde taal- en letterkunde aan de Universiteit van Warschau en ik wilde graag op Erasmus om het leven in het buitenland te kunnen ervaren. Zo ben ik in 2005 in Leuven terecht gekomen. Daar heb ik mijn huidige man ontmoet. Nadat ik afgestudeerd ben, kreeg ik snel een aanbod om als coördinator aan de slag te gaan bij een klein vertaalbureau in Puurs. Het was een tijdelijk contract van vier maanden. Daarna ben ik opnieuw op zoek moeten gaan, en na ongeveer anderhalve maand heb ik mijn huidige job gevonden. Ik werk nu bij een Europese organisatie voor klinische studies over kanker. Ik coördineer er de vertalingen van vragenlijsten voor kankerpatiënten die we gebruiken om hun levenskwaliteit te kunnen meten. Dit betekent dat ik op zoek ga naar geschikte vertalers en ervoor zorg dat de vertalingen op tijd klaar geraken en binnen het vooropgestelde budget.”
Maria: “Ik ben hier om professionele redenen beland… Ik werd in Portugal gecontacteerd door een rekruteringsbedrijf om in Lier te werken als tandarts. De voorwaarden waren een pak beter dan in Portugal, dus besloot ik het erop te wagen. Voordat ik hier kon beginnen, moest ik eerst Nederlands leren. Daarvoor heb ik tien maanden lessen gevolgd vanuit Portugal via Skype, een helse onderneming.” <lacht>
Wat valt jullie op aan het werkleven hier?
Dagmara: “De balans tussen werk en privéleven is hier zeer gunstig. De vrij hoge lonen betekenen dat veel mensen geen lange uren moeten kloppen om een comfortabel leven te kunnen leiden. In Polen werken de meeste mensen meer. Vaak hebben ze een tweede job tijdens het weekend of werken ze ’s avonds zeer laat.”
“Heel veel praktische dingen vind ik wel moeilijk om te regelen als je werkt. Om naar de bank of het stadhuis te gaan moet je speciaal een dag verlof nemen, want tijdens de lunchpauze of na het werk is alles al dicht. In Polen is alles veel langer open en is het gemakkelijker om naar de bank of de post te gaan na het werk of op zaterdag. Maar na bijna 9 jaar hier ben ik eraan gewend geraakt en irriteert het me minder.”
“Nog een groot verschil: pendelen! In andere landen zoeken mensen een job en dan verhuizen ze naar waar ze werken. Hier zijn ze vaak sterk gehecht aan hun geboortestad of -streek en willen ze daar blijven wonen. Ook als dat betekent dat ze urenlang moeten pendelen!”
Maria: “Ik heb vroeger ook al gewerkt als tandarts in Portugal en Spanje. De tandheelkundige ingrepen zijn hier uiteraard dezelfde, maar Vlamingen zijn toch iets meer bezorgd om hun gebit. Ze gaan vaker bij de tandarts en volgen mijn adviezen beter op. De kinderen zijn hier ook beleefder en gedragen zich een stuk beter in de tandartsstoel.” <lacht>
Alisa: “Wat mij vooral opvalt, is dat iedereen zich bezighoudt met zijn eigen taken en zich niet echt bekommert over waar collega’s mee bezig zijn. In Argentinië moet je vaak een stuk polyvalenter zijn en de meest diverse taken op je nemen. In de meeste Belgische bedrijven is er ook een zeer hiërarchische structuur en ligt de nadruk wel érg op diploma’s. Mijn diploma rechten uit Argentinië wordt hier niet erkend, omdat de wetgeving daar uiteraard anders in elkaar zit. Maar zonder hoger diploma raak je in België toch moeilijk aan de bak.”
Zijn jullie hier gelukkig?
Dagmara: “Over het algemeen vind ik het heel aangenaam om te wonen en werken in Vlaanderen. Ik doe mijn job erg graag en dankzij mijn loon en het aantal vakantiedagen heb ik de mogelijkheid om veel te reizen en de wereld te ontdekken. In vergelijking met veel andere landen ligt de levenskwaliteit van de gemiddelde werkende mens hier heel hoog, denk ik. De sociale zekerheid en de vele rechten die we hebben als werknemers zijn fantastisch. Maar ook hier zijn er uiteraard problemen… Kijk maar naar de vele stakingen en langdurig afwezigen. Het is ook niet makkelijk geweest om vrienden te maken. De meeste Vlamingen hebben al een vriendenkring van hun middelbare school of universiteit en hebben geen nood of tijd om nieuwe vrienden te maken.”
Alisa: “Inderdaad! In Argentinië was er ook meer vriendschap tussen de collega’s. Ik mis het wel om samen ‘mate’ (de nationale drank van Argentinië) te drinken op het werk: pure gezelligheid!”
Maria: “Ik verdien hier goed mijn brood, heb een hoge levenskwaliteit en krijg meer erkenning voor mijn werk dan in Spanje of Portugal. Nu nog wat beter weer en het is hier ideaal!” <lacht>